Veelgestelde vragen
FAQ
Wij vragen ons af of je bij een dubbele hoeklasaanduiding met gelijke a-hoogte maar verschillende lasposities een enkele referentielijn moet gebruiken of een dubbele met onderste gestippeld. Met andere woorden is de laspositie mede bepalend voor de symmetrie?
De norm NEN-EN-ISO 2553:2019 zegt alleen maar dat bij symmetrische lassen de stippellijn weggelaten mag worden. Met betrekking tot de vorm zijn deze hoeklassen dus symmetrisch en mag de stippellijn weggelaten worden. Echter, de uitvoering verschilt zoals toegepaste positie of lasproces. Dit zijn zaken die evt. in de “vork of staart” van de aanduiding geplaatst kunnen worden. Omdat de posities verschillend zijn, zou ik de lassen apart specificeren als twee aparte hoeklassen met hun eigen laspositie in de vork. Je kunt ook andere opties verzinnen met a) en b) vermeldingen maar dit wordt er niet duidelijker op.